Voordat u begint
Voordat u begint met het configureren van DNS, is het belangrijk dat u enkele basisgegevens verzamelt. Een deel van deze gegevens moet door Internic zijn goedgekeurd voor gebruik op internet. Het is echter ook mogelijk dat u de server uitsluitend voor intern gebruik wilt configureren. In dat geval mag u zelf bepalen welke namen en IP-adressen u wilt gebruiken.
U moet over de volgende gegevens beschikken:
Uw domeinnaam (goedgekeurd door Internic).
Het IP-adres en de hostnaam van de servers waarvoor u naamomzetting wilt aanbieden.
Opmerking De servers mogen e-mailservers zijn, maar ook algemeen toegankelijke servers, FTP-servers, WWW-servers, enzovoort.
Controleer of aan de volgende voorwaarden wordt voldaan voordat u de computer configureert als een DNS:
Het besturingssysteem is op de juiste manier geconfigureerd. In een Windows Server 2003-omgeving is de werking van de DNS-service afhankelijk van de juiste configuratie van het besturingssysteem en de bijbehorende services, zoals TCP/IP. Als u werkt met een nieuwe installatie van een Windows Server 2003-besturingssysteem, kunt u de standaardinstellingen voor services gebruiken. U hoeft geen extra actie te ondernemen.
Alle beschikbare schijfruimte is toegewezen.
Alle bestaande schijfvolumes maken gebruik van het bestandssysteem NTFS. FAT32-volumes zijn niet beveiligd en bieden geen ondersteuning voor het comprimeren van bestanden en mappen, schijfquota, bestandscodering en afzonderlijke bestandsmachtigingen.
DNS installeren
Open de wizard Windows-onderdelen. Hiertoe gaat u als volgt te werk:
Klik achtereenvolgens op Start, Configuratiescherm en Software.
Klik op Windows-onderdelen toevoegen of verwijderen.
Schakel bij Onderdelen het selectievakje Netwerkservices in en klik op Details.
Schakel bij Onderdelen van Netwerkservices het selectievakje Domain Name System (DNS) in, klik op OK en klik op Volgende.
Typ desgevraagd het volledige pad van de distributiebestanden in het vak Bestanden kopiëren van en klik op OK.
DNS configureren
Start de wizard Deze server configureren. Klik hiervoor op Start, wijs Alle programma's aan, wijs Systeembeheer aan en klik op Deze server configureren.
Klik op de pagina Serverrol op DNS-server en klik op Volgende.
Controleer op de pagina Samenvatting van gemaakte keuzes de geselecteerde opties en bevestig deze. De volgende items moeten worden weergegeven op deze pagina:
DNS installeren
DNS configureren met de wizard DNS-server configureren
Als deze twee items worden weergegeven op de pagina Samenvatting van gemaakte keuzes, klikt u op Volgende. Als dat niet het geval is, klikt u op Terug om terug te keren naar de pagina Serverrol, klikt u op DNS en klikt u op Volgende.
Tijdens het installeren van de DNS-service door de wizard Deze server configureren, wordt eerst vastgesteld of het IP-adres voor de server statisch is of automatisch wordt geconfigureerd. Als de server momenteel is geconfigureerd voor automatische toewijzing van een IP-adres, wordt u op de pagina Onderdelen configureren van de wizard Windows-onderdelen gevraagd deze server te configureren met een statisch IP-adres. Ga hiervoor als volgt te werk:
Klik in het dialoogvenster Eigenschappen voor LAN-verbinding op Internet-protocol (TCP/IP) en klik op Eigenschappen.
Selecteer in het dialoogvenster Eigenschappen voor Internet-protocol (TCP/IP) de optie Het volgende IP-adres gebruiken en typ het statische IP-adres, het subnetmasker en de standaardgateway voor deze server.
Typ in het vak Voorkeurs-DNS-server het IP-adres van deze server.
Typ in het vak Alternatieve DNS-server het IP-adres van een andere interne DNS-server of laat dit vak leeg.
Als u klaar bent met het instellen van de statische adressen voor DNS, klikt u op OK en vervolgens op Sluiten.
Nadat u op Sluiten hebt geklikt, wordt de wizard DNS-server configureren gestart. Voer de volgende stappen uit in de wizard:
Schakel op de pagina Configuratiehandeling selecteren het selectievakje Een nieuwe zone voor forward lookup maken in en klik op Volgende.
Schakel op de pagina Locatie van hoofdserver de optie Deze server onderhoudt de zone in als deze DNS-server de host is van een DNS-zone met DNS-bronrecords voor uw netwerkbronnen. Klik vervolgens op Volgende.
Typ in het vak Zonenaam op de pagina Zonenaam de naam van de DNS-zone voor het netwerk en klik op Volgende. De naam van de zone is hetzelfde als de naam van het DNS-domein voor uw kleine organisatie of filiaal.
Selecteer op de pagina Dynamische update de optie Beveiligde en onbeveiligde dynamische updates toestaan en klik op Volgende. Deze optie zorgt ervoor dat de DNS-bronrecords voor de bronnen in het netwerk automatisch worden bijgewerkt.
Selecteer op de pagina Doorstuurservers de optie Ja, query's doorsturen naar DNS-servers met de volgende IP-adressen en klik op Volgende. Het inschakelen van deze optie betekent dat alle DNS-query's voor DNS-namen buiten het netwerk worden doorgestuurd naar een DNS-server van uw provider of hoofdkantoor. Typ een of meer IP-adressen van DNS-servers die door uw provider of het hoofdkantoor worden gebruikt.
Op de pagina De wizard DNS-server configureren kunt u op Terug klikken om instellingen alsnog te wijzigen. Als u tevreden bent met de instellingen, klikt u op Voltooien.
Nadat de wizard DNS-server configureren is voltooid, verschijnt de pagina Deze server is nu een DNS-server van de wizard Deze server configureren. Klik op het logboek Deze server configureren om alle wijzigingen te bekijken die u in de wizard Deze server configureren hebt aangebracht voor de server of om te controleren of een nieuwe rol met succes is geïnstalleerd. Het logboek Deze server configureren bevindt zich op deze locatie: %systemroot%\Debug\Configure Your Server.log. Klik op Voltooien om de wizard Deze server configureren te sluiten.