Opstartbare CD's worden gemaakt op basis van de 'El Torito'-standaard. De CD bevat een opstartkopie en een ISO-deel. Wanneer het leesstuurprogramma voor het CD-rom-station en het bestand 'MsCDex.exe' zijn geïnstalleerd, kan MS-DOS toegang krijgen tot het ISO-deel van de CD, dat het restant van de installatieprocedure verzorgt.
Sjabloon voor het maken van een opstartbare CD
Er is een 'sjabloon' in de vorm van een opstartbaar station nodig om een opstartbare CD te kunnen maken. Er zijn in principe drie typen opstartbare CD's:
Emulatie van diskette: bij Emulatie van diskette is er een opstartbare diskette nodig om de opstartbare CD te kunnen maken. Wanneer de CD wordt opgestart, gedraagt deze zich alsof de diskette in station A: is geplaatst. De stationsaanduidingen schuiven op, zodat station A: met de opstartbare CD correspondeert. Diskettestation A: is na het opstarten toegankelijk als B:. De grootte van de startdata wordt beperkt door de capaciteit van de diskette (bijvoorbeeld 1,44 MB).
Emulatie van vaste schijf: er is een opstartbare vaste schijf nodig om de opstartbare CD te kunnen maken. Tijdens het opstarten gedraagt de CD zich als CD-station C:. Het 'oude' station C: wordt station D:, het oude station D : wordt station E:, enzovoort. Bij dit type opstartbare CD kunnen maximaal 640 MB opstartdata op een CD worden opgeslagen. Uiteraard betekent dit dat het sjabloonstation niet groter mag zijn dan 640 MB, aangezien het anders niet op de CD past. Als u dus bijvoorbeeld een vaste schijf van 2 GB met slechts een partitie van 2 GB hebt, kunt u er geen opstartbare CD van maken zonder de vaste schijf eerst op een geschikte manier opnieuw te partitioneren. Dit is een principieel probleem en heeft niets te maken met Nero.
Geen emulatie: deze functie is alleen bedoeld voor gebruik door experts die geen emulatie van diskette of vaste schijf nodig hebben en hun eigen apparaatstuurprogramma's willen installeren. Deze methode wordt bijvoorbeeld toegepast door de 'Windows 2000-CD'.
Wat Nero betreft kan de sjabloon voor het maken van een opstartbare CD een logisch station (bijvoorbeeld het station C: of een zogenaamd 'kopiebestand' (bestand met kopie) van een station zijn. Kopiebestanden bevatten de inhoud van een stationssector per sector als een bestand. Kopiebestanden kunnen worden gemaakt met programma's zoals 'Norton Disk Editor' of 'WinImage' en zijn meestal erg groot (uiteraard net zo groot als het station op basis waarvan deze zijn gemaakt).
Raadpleeg het hierboven staande voor basisinformatie over opstartbare CD's op basis van de 'El Torito'-standaard; in deze sectie wordt alleen beschreven hoe u een opstartbare CD kunt maken met Nero.
Plaats een lege CD in de recorder.
Start een nieuwe compilatie door op de corresponderende knop te klikken of door de opdracht Nieuw in het menu Bestand te kiezen.
Klik op het pictogram 'CD-rom (opstarten)' – Opstarten is het eerste tabblad. Gebruik de tabbladen om de kenmerken van de compilatie op te geven, zoals de naam van de CD, specifieke karakteristieken en beperkingen.
In het bovenste deel van het tabblad Opstarten (Bron van data voor opstartkopie) kunt u opgeven of de sjabloondata voor de opstartbare CD afkomstig zijn van een logisch station of van een kopiebestand voor een station (zie 'Sjabloon voor het maken van een opstartbare CD').
Opmerking: als uw favoriete logische station niet in de lijst van stations op dit tabblad wordt weer te geven, betekent dit dat het station groter is dan 640 MB. Deze hoeveelheid data past niet op een CD en daarom geeft Nero dit station niet in de lijst weer.
Onder Windows NT/2000/XP hebt u bovendien beheerdersrechten nodig om 'rechtstreeks' toegang tot stations te kunnen krijgen, wat absoluut essentieel is voor het maken van opstartbare CD's. Deze beperkte rechtstreekse stationstoegang onder Windows NT/2000/XP is een functie die Microsoft expres heeft geïmplementeerd om te voorkomen dat hackers toegang kunnen krijgen tot vertrouwelijke data van andere gebruikers.
Het onderste deel van het tabblad (expertinstellingen) bevat gedetailleerde instellingen voor opstartbare CD's die voldoen aan de 'El Torito'-standaard. Deze instellingen worden normaal gesproken lichter weergegeven, wat betekent dat Nero automatisch de juiste instellingen configureert. Wanneer een kopiebestand als bron van de opstartkopie wordt ingevoerd, kan Nero niet automatisch de juiste instellingen configureren. Als dit het geval is, of als u de expertinstellingen handmatig wilt wijzigen, kunt u alle parameters zelf invoeren. Schakel zonodig het selectievakje 'Expertinstellingen toelaten' in. U bent er nu uiteraard zelf verantwoordelijk voor om ervoor te zorgen dat de CD goed werkt.
Zodra u de instellingen hebt geselecteerd, klikt u op de knop Nieuw aan de rechterkant. Het lege compilatievenster voor de CD wordt nu weergegeven. Als er nog geen bestandsbrowser is geopend, kunt u een bestandsbrowser openen door Nieuwe bestandsbrowser in het menu Beeld te selecteren of op het corresponderende pictogram 'Bestandsbrowser' te klikken. Als u wilt opgeven dat Nero moet worden gestart met een geopende bestandsbrowser, schakelt u 'Bestandsbrowser starten' in de sectie 'Algemeen' van het tabblad Bestandsbrowser in (Bestand -> Voorkeuren).
Compileer de benodigde bestanden met behulp van Slepen en neerzetten door er in de bestandsbrowser op te klikken en de bestanden vervolgens naar het compilatievenster te slepen; als alternatief kunt u ook een kopiebestand kopiëren.
Klik op de knop CD schrijven of selecteer de opdracht CD schrijven in het menu Bestand om het schrijfdialoogvenster te openen. Deze optie is alleen beschikbaar als het compilatievenster is geselecteerd, zoals blijkt uit het feit dat de titelbalk blauw is. Als de bestandsbrowser is geselecteerd (en de titelbalk van het compilatievenster dus blauw is), is de optie niet beschikbaar en kan er niet worden gestart met het schrijven van de CD. Klik in dat geval ergens in het compilatievenster. Het dialoogvenster 'CD schrijven' wordt nu geopend – dit is gelijk aan het dialoogvenster dat wordt gebruikt bij het maken van een nieuwe compilatie, met het verschil dat het tabblad Branden nu vooraan wordt weergegeven.
Schakel in de sectie 'Actie' de andere selectievakjes in die u naast het selectievakje 'Schrijven' wilt gebruiken. Meer informatie hierover vindt u in 'Het tabblad CD schrijven'.
Waarschuwing: u dient ervoor te zorgen dat het selectievakje 'CD sluiten' niet is ingeschakeld. Anders wordt de CD tegen schrijven beveiligd, zodat schrijven later niet meer mogelijk is.
Klik op de knop Branden om te starten met het brandproces (of met de simulatie, afhankelijk van de gekozen optie). Alle geselecteerde stappen worden nu achtereenvolgens uitgevoerd, tot het schrijfproces is voltooid. U kunt de voortgang volgen in een statusvenster, waarin de afzonderlijke stappen worden weergegeven terwijl deze worden uitgevoerd. Aan het einde van het proces wordt een bericht weergegeven zoals: 'Brandproces is voltooid met 24x (3600 kB/s)'. Vervolgens wordt de CD uitgeworpen. Het weergegeven bericht kan worden opgeslagen, afgedrukt of geannuleerd. Sluit het venster door te klikken op de knoppen Verwijderen of Sluiten.
U kunt nu controleren wat er naar de nieuwe CD is geschreven door deze opnieuw te plaatsen en op het pictogram 'CD-info' te klikken.
Bron: helpfunctie Nero 6
