Ik krijg regelmatig een bestand ter correctie met vreemde tekens in, zoals kleine rondjes die zich als spatie gedragen en een pijltje die fungeert als Enter.
Ik snap ineens wat TS eigenlijk vreemd vind, en dat moet dan toch echt bij degene die de tekst aanlevert gezocht worden. De 'kleine rondjes' die zich als spatie gedragen'
zijn ook spaties, alleen dus
harde spaties. Die maak je door bij het typen op <Ctrl>+<spatiebalk> te drukken. En het 'pijltje die fungeert als Enter' is in werkelijkheid een
regeleinde en geen
alineamarkering. De laatste maak je door op <Enter> te drukken, de eerste met <Shift>+<Enter>. En ook dat is dus een uiterst legitiem gebruik van de <Enter> toets.
Regeleindes gebruik je om
een nieuwe regel binnen een alinea te maken. Bij opsommingen gebruik je ze als je
geen nieuw opsommingsteken of nummer wilt, maar aanvullende tekst onder een punt wilt typen. Uitermate vaak gebruikt dus!
Nogmaals: die 'vervangingen' krijg je wel eens als je een tekst van het internet afplukt, of een tekst krijgt van een overijverige typist die het verschil niet weet tussen een gewone spatie en een harde spatie en voor de zekerheid dus maar overal een harde spatie typt

.
We kunnen dus concluderen dat er helemaal niets mankeert aan je tekst, maar dat de bron verkeerd is aangemaakt.
Een simpele oplossing is: gebruik <Zoeken en vervangen> om alle harde spaties te vervangen door gewone spaties, en alle regeleindes door alineamarkeringen. Dan heb je in ieder geval de basis instellingen weer terug. Bij een
goed opgemaakt document raak je dan van de wal ver in de sloot, want dan verziek je het document juist enorm

.