Wie weet de antwoorden? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk.
1. Wat is de taak van <xsl:apply-templates/> in de template <xsl:template select="abc"><xsl:apply-templates/></xsl:template>?
A.het laat de tekst van de elementen abc zien
B. het verwerkt de inhoud van de elementen abc
C. het verwijdert de tekst van de elementen abc
D. het verwijdert de inhoud van de elementen abc
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
2. Wat is in XSLT het verschil tussen <xsl:if en <xsl:choose?
A. er is geen verschil tussen de twee
B. <xsl:choose kan meerdere voorwaarden bevatten
C. de instructies binnen <xsl:choose kunnen meer dan 1 keer worden uitgevoerd
D. xsl:choose kan meerdere voorwaarden bevatten die leiden naar instructies die meer dan 1 keer kunnen worden uitgevoerd
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
3. Wat voor effect heeft het toevoegen van het HTML-paragraaf-element <p> aan de uitvoer van een XSLT-programma?
A. het toevoegen van het element heeft nooit een effect
B. de tekst in zo'n element wordt altijd weergegeven als paragraaf
C. de tekst in zo'n element wordt weergegeven als paragraaf mits je de output method zet op html
D. de tekst in zo'n element wordt weergegeven als paragraaf mits je in een stijlbestand van het document vermeldt hoe het paragraafelement zichtbaar moet worden gemaakt
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
4. Hoe heet de taal die wordt gebruikt voor de waarden van het match-attribuut van het XSLT-element xsl-template?
A. XML
B. XPath
C. XQuery
D. XSLT
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
5. Welke uitspraak over de XSLT-instructie <xsl:attribute is correct?
A. deze instructie is handig voor elementen die meerdere attributen hebben
B. deze instructie is overbodig: attributen kunnen ook in een element worden geplaatst
C. deze instructie moet altijd worden gebruikt voor het plaatsen van attributen in elementen in XSLT-uitvoer
D. deze instructie is nuttig wanneer attributen moeten worden gevuld met een waarde die afhangt van het XML-bestand
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
6. Welke van de volgende regels worden gebruikt om te bepalen welke van de passende regels uit CSS-stijlbestand worden toegepast?
A. de eerste definitie is belangrijker dan de laatste
B. de laatste definitie is belangrijker dan de eerste
C. de meest-specifieke definitie is het belangrijkst
D. de meest-algemene definitie is het belangrijkst
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
7. Welke van de volgende regelselectors zijn contekstgevoelig?
A. element1, element2
B. element1 > element2
C. element1 element2
D. element1 + element2
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
8. Welke taken kan je uitvoeren met CSS-stijlbestanden?
A. XML-elementen tellen
B. tekst in een bepaalde kleur laten zien
C. extra tekst bij een document laten zien
D. XML-elementen in een andere volgorde plaatsen
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
9. Waarvoor staat de afkorting CSS?
A. cascaded style sheets
B. computed style sheets
C. connected style sheets
D. custom-made style sheets
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
10. Een element <ouder> heeft twee kinderen <kind1> en <kind2>. Bij ouder definiëren we de kleur rood voor letters, bij <kind1> groen en bij <kind2> definiëren we geen kleur. Wat worden dan de kleuren van de letters in de vier elementen?
A. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: niet gedefinieerd
B. <ouder>: rood; <kind1>: rood; <kind2>: rood
C. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: rood
D. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: groen
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
1. Wat is de taak van <xsl:apply-templates/> in de template <xsl:template select="abc"><xsl:apply-templates/></xsl:template>?
A.het laat de tekst van de elementen abc zien
B. het verwerkt de inhoud van de elementen abc
C. het verwijdert de tekst van de elementen abc
D. het verwijdert de inhoud van de elementen abc
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
2. Wat is in XSLT het verschil tussen <xsl:if en <xsl:choose?
A. er is geen verschil tussen de twee
B. <xsl:choose kan meerdere voorwaarden bevatten
C. de instructies binnen <xsl:choose kunnen meer dan 1 keer worden uitgevoerd
D. xsl:choose kan meerdere voorwaarden bevatten die leiden naar instructies die meer dan 1 keer kunnen worden uitgevoerd
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
3. Wat voor effect heeft het toevoegen van het HTML-paragraaf-element <p> aan de uitvoer van een XSLT-programma?
A. het toevoegen van het element heeft nooit een effect
B. de tekst in zo'n element wordt altijd weergegeven als paragraaf
C. de tekst in zo'n element wordt weergegeven als paragraaf mits je de output method zet op html
D. de tekst in zo'n element wordt weergegeven als paragraaf mits je in een stijlbestand van het document vermeldt hoe het paragraafelement zichtbaar moet worden gemaakt
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
4. Hoe heet de taal die wordt gebruikt voor de waarden van het match-attribuut van het XSLT-element xsl-template?
A. XML
B. XPath
C. XQuery
D. XSLT
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
5. Welke uitspraak over de XSLT-instructie <xsl:attribute is correct?
A. deze instructie is handig voor elementen die meerdere attributen hebben
B. deze instructie is overbodig: attributen kunnen ook in een element worden geplaatst
C. deze instructie moet altijd worden gebruikt voor het plaatsen van attributen in elementen in XSLT-uitvoer
D. deze instructie is nuttig wanneer attributen moeten worden gevuld met een waarde die afhangt van het XML-bestand
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
6. Welke van de volgende regels worden gebruikt om te bepalen welke van de passende regels uit CSS-stijlbestand worden toegepast?
A. de eerste definitie is belangrijker dan de laatste
B. de laatste definitie is belangrijker dan de eerste
C. de meest-specifieke definitie is het belangrijkst
D. de meest-algemene definitie is het belangrijkst
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
7. Welke van de volgende regelselectors zijn contekstgevoelig?
A. element1, element2
B. element1 > element2
C. element1 element2
D. element1 + element2
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
8. Welke taken kan je uitvoeren met CSS-stijlbestanden?
A. XML-elementen tellen
B. tekst in een bepaalde kleur laten zien
C. extra tekst bij een document laten zien
D. XML-elementen in een andere volgorde plaatsen
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
9. Waarvoor staat de afkorting CSS?
A. cascaded style sheets
B. computed style sheets
C. connected style sheets
D. custom-made style sheets
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
10. Een element <ouder> heeft twee kinderen <kind1> en <kind2>. Bij ouder definiëren we de kleur rood voor letters, bij <kind1> groen en bij <kind2> definiëren we geen kleur. Wat worden dan de kleuren van de letters in de vier elementen?
A. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: niet gedefinieerd
B. <ouder>: rood; <kind1>: rood; <kind2>: rood
C. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: rood
D. <ouder>: rood; <kind1>: groen; <kind2>: groen
E. geen van bovenstaande antwoorden is correct
